Mijn werkmethode
Op de homepagina van deze website lees je hoe ik al jaren vanuit een onbewuste spontane flow kinderen al spelenderwijs in beweging zet binnen een kunstzinnige workshop. Deze werkmethode stimuleert ook mij wanneer ik me in mijn schilderatelier bevind.
Doorheen mijn jaren als kunsteducator merk ik dat collega’s deze manier van werken krachtig vinden. Wat die methodiek precies is, kan ik eigenlijk zo niet meteen heel duidelijk en concreet uitleggen. Op deze blog wil daarom ik een poging doen om mijn werkwijze, gebaseerd op een vrijplaats, zo goed mogelijk te analyseren. Ik weet dat andere begeleiders steeds vol enthousiasme naar mij kijken wanneer ze me aan het werk zien met kinderen. Ze benadrukken steeds dat ze dit zelf niet zouden kunnen, omdat ze bang zijn dat een te open ruimte chaos zou kunnen veroorzaken waardoor hun greep op de groep kinderen zou verdwijnen.
Ik veronderstel dat mijn manier van werken een soort feeling vraagt en dat niet elke begeleider daarvoor oog heeft of dat gevoel in zich draagt. Helaas lukt het mij nog niet om andere begeleiders op dezelfde manier in beweging te zetten zoals ik. Ik zou dit graag bereiken, maar het is moeilijk om te verwachten dat iemand die voor een totaal andere aanpak of overtuiging staat, zomaar kan en wil meegaan in mijn verhaal. Ik ben me er ook van bewust dat elke begeleidersstijl kwaliteiten in zich meedraagt. Elke aanpak heeft zijn bestaansrecht. Wat goed is voor de ene leerling, is minder goed voor de andere.
Mijn werkwijze zie ik als een leerrijke aanvulling naast andere methodes. Het lijkt me niet haalbaar iedereen daarmee op te zadelen. Wat ik wel kan doen is mijn eigenheid als begeleider analyseren door de elementen of indicatoren te gaan bepalen die ik steeds hanteer binnen mijn begeleidersstijl, om zo anderen te inspireren en in beweging te zetten.
Doorheen mijn jaren als kunsteducator merk ik dat collega’s deze manier van werken krachtig vinden. Wat die methodiek precies is, kan ik eigenlijk zo niet meteen heel duidelijk en concreet uitleggen. Op deze blog wil daarom ik een poging doen om mijn werkwijze, gebaseerd op een vrijplaats, zo goed mogelijk te analyseren. Ik weet dat andere begeleiders steeds vol enthousiasme naar mij kijken wanneer ze me aan het werk zien met kinderen. Ze benadrukken steeds dat ze dit zelf niet zouden kunnen, omdat ze bang zijn dat een te open ruimte chaos zou kunnen veroorzaken waardoor hun greep op de groep kinderen zou verdwijnen.
Ik veronderstel dat mijn manier van werken een soort feeling vraagt en dat niet elke begeleider daarvoor oog heeft of dat gevoel in zich draagt. Helaas lukt het mij nog niet om andere begeleiders op dezelfde manier in beweging te zetten zoals ik. Ik zou dit graag bereiken, maar het is moeilijk om te verwachten dat iemand die voor een totaal andere aanpak of overtuiging staat, zomaar kan en wil meegaan in mijn verhaal. Ik ben me er ook van bewust dat elke begeleidersstijl kwaliteiten in zich meedraagt. Elke aanpak heeft zijn bestaansrecht. Wat goed is voor de ene leerling, is minder goed voor de andere.
Mijn werkwijze zie ik als een leerrijke aanvulling naast andere methodes. Het lijkt me niet haalbaar iedereen daarmee op te zadelen. Wat ik wel kan doen is mijn eigenheid als begeleider analyseren door de elementen of indicatoren te gaan bepalen die ik steeds hanteer binnen mijn begeleidersstijl, om zo anderen te inspireren en in beweging te zetten.
Algemeen gesproken komt het woord ‘motiveren’ etymologisch van het Latijnse woord ‘movere’, wat bewegen betekent. Je zet dus iemand in beweging door die persoon te motiveren. Heel concreet en meer bepaald voor mijn onderzoek staat motor dus voor beweger.
De spontane motors
In januari 2021 werkte ik voor het gemeenschapscentrum Ten Noey in Brussel een kunstenproject voor kleuters (4-6j) uit rond het thema 'machines en motors'. De kinderen vertrokken vanuit het idee van een draaibeweging toe naar een machine die bestond uit verschillende tandwielen (zie filmpje 'tandwielen'). De hiernaast staande video 'draaien', gemaakt door verschillende fragmenten aaneen te plakken, bood inspiratie en houvast doorheen deze workshopreeks. Ik startte dit project compleet losstaand van dit onderzoek. Maar, het concept van een motor als draaiende beweging die iets of iemand anders in beweging kan zetten was voor mij hét AHA-moment om dit idee verder op te pakken in mijn onderzoek. Ik verbond het principe van mijn spontane werkwijze als begeleider en kunstenaar aan het idee van een motor om een beweging op gang te brengen, en zo ontstond het idee van 'de spontane motors'. Motors die niet enkel kinderen in beweging brengen binnen een vrijplaats maar ook andere leerkrachten en begeleiders wil laten draaien op een spontane motor. |
|
Hoe ging ik te werk tijdens het maken van het eerste prototype?
1. Ik gebruikte de tandwielen die de kinderen maakten in GC Ten Noey als inspiratiebron om zelf een motortje te maken.
2. Bij het uitwerken van het motortje zocht ik de juiste materialen die nodig waren (Mini-motor, kabeltjes, batterijen, schakelaars, mdf-plankjes, soldeersel,...)
3. Het zelf maken van tandwielen die perfect in mekaar moeten passen is verschrikkelijk moeilijk! Vandaar dat ik meteen ook andere concepten uitwerkte, zonder tandwielen. (zie schetsen hieronder) Hierbij liet ik mij inspireren door een kunstenproject van de Zwitserse kunstenaar ZIMOUN. (Zie fragment ZIMOUN onderaan)
4. Een vriend-elektricien begeleidde me doorheen de uitwerking. Samen kwamen we tot één prototype (zie filmpje 'prototype' onderaan).
5. Na het maken en uittesten van het prototype maakte ik 5 motors bij om mee aan de slag te gaan in de praktijk van andere kleuterbegeleiders.
Van beweging naar beweging
Deze motortjes zou ik willen inzetten als tool of hulpmiddel om een vrijplaats in te kunnen zetten tijdens een les van een muzische leerkracht. Op kleuterscholen gebruiken ze vaak middeltjes zoals de eierwekker om een klasactiviteit te bewaken. Een motortje dat ook aan en uit kan sluit aan bij dit idee en zou daarom weleens een mogelijke laagdrempelige manier zijn om de vrijplaats houvast te geven. Ik zie dit in de praktijk als: Motortje aan, start vrijplaats. Motortje uit, vrijplaats stopt.
Bij het voorstellen van de motortjes kreeg ik eens de opmerking "Ja, leuk, maar, dan kan je toch ook gewoon een rode kaart in de lucht steken, of een lampje laten branden?".
Dat klopt, maar doordat een motor van zichzelf al beweegt, nodigt het sneller uit tot een andere beweging, tot een actie dus. Ik kies hier dus bewust om van beweging naar beweging te gaan.
In het Italiaans betekent 'motori' ook letterlijk 'bewegers'. (zie terminologiepagina). Zo stel ik dat de kinderen motori worden als reactie op de beweging van het motortje. Een kaart als startsignaal is passief, en benadrukt daarom niet de actie die ik op gang wil krijgen. Ik wil namelijk dat kinderen actief gaan op onderzoek gaan binnen de vrijplaats die ze aangeboden krijgen. Om deze vrijplaats als begeleider tot een veilige plaats te maken zijn voorwaarden nodig. Welke deze voorwaarden kunnen zijn, onderzoek ik in een aantal sessies met deze motortjes.
Deze motortjes zou ik willen inzetten als tool of hulpmiddel om een vrijplaats in te kunnen zetten tijdens een les van een muzische leerkracht. Op kleuterscholen gebruiken ze vaak middeltjes zoals de eierwekker om een klasactiviteit te bewaken. Een motortje dat ook aan en uit kan sluit aan bij dit idee en zou daarom weleens een mogelijke laagdrempelige manier zijn om de vrijplaats houvast te geven. Ik zie dit in de praktijk als: Motortje aan, start vrijplaats. Motortje uit, vrijplaats stopt.
Bij het voorstellen van de motortjes kreeg ik eens de opmerking "Ja, leuk, maar, dan kan je toch ook gewoon een rode kaart in de lucht steken, of een lampje laten branden?".
Dat klopt, maar doordat een motor van zichzelf al beweegt, nodigt het sneller uit tot een andere beweging, tot een actie dus. Ik kies hier dus bewust om van beweging naar beweging te gaan.
In het Italiaans betekent 'motori' ook letterlijk 'bewegers'. (zie terminologiepagina). Zo stel ik dat de kinderen motori worden als reactie op de beweging van het motortje. Een kaart als startsignaal is passief, en benadrukt daarom niet de actie die ik op gang wil krijgen. Ik wil namelijk dat kinderen actief gaan op onderzoek gaan binnen de vrijplaats die ze aangeboden krijgen. Om deze vrijplaats als begeleider tot een veilige plaats te maken zijn voorwaarden nodig. Welke deze voorwaarden kunnen zijn, onderzoek ik in een aantal sessies met deze motortjes.
|
|
|